Hoofdstuk 21
Madelyn was altijd arrogant en onverzettelijk geweest, een vrouw die gewend was de wereld aan haar voeten te hebben. De benarde situatie waarin ze zich nu bevond, had Zach al lang geleden voorzien.
Nadat hij de kaarsen had aangestoken, draaide Hayson zich om. "Wat is er precies met Madelyn gebeurd? Weten we het hele verhaal al?"
Hayson was teruggesneld zodra zijn vliegtuig was geland, zonder zelfs maar de tijd te nemen om zich om te kleden. Hij was een gespierde figuur, die er onhandig uitzag, zijn pols was versierd met een stoer uitziende armband, zijn ogen waren streng en een beetje intimiderend. Hayson had zich in zijn jeugd beziggehouden met wat ruwe zaken, zijn uiterlijk weerspiegelde niet de terreur die hij kon opwekken. Zijn uitdrukkingsloze gezicht gaf een valse indruk van mildheid, van zachtaardigheid, maar niemand durfde zijn vermogen om straffen uit te delen over het hoofd te zien. Misschien vanwege een jeugd die gekenmerkt werd door geweld, had hij een beeld van een heilige in zijn studeerkamer geplaatst en elk jaar gul gedoneerd aan de kerk, misschien om zijn schuldgevoel te verlichten.
"We hebben ernaar gekeken," was het antwoord. "De familie Arnold onderzoekt deze zaak ook. En... gisteren, toen ik me voorbereidde om in actie te komen, hadden ze al het initiatief genomen. De persoon die Madelyn pijn had gedaan, werd meegenomen door de familie Arnold."
" De familie Arnold?" Hayson kneep zijn ogen samen.