Hoofdstuk 19
Er was iemand aan het praten, maar ik kon hem/haar niet duidelijk verstaan.
De handen die ik vastpakte, trokken hun handen ongeduldig uit mijn greep en kort daarna kleurde de koude lucht mijn huid. Het leek alsof iemand mijn kleren uittrok.
Ik verzette me in mijn onderbewustzijn en probeerde mijn ogen te openen. Mijn oogleden voelden echter zwaar aan en ik kon alleen maar zwakjes mompelen: "Nee..."