Hoofdstuk 28
De regen miezerde in Bryxton, maar Christophers sjaal beschermde me ertegen. Zijn zachtheid raakte mijn hart, maar tegelijkertijd werd ik ook overweldigd door verdriet.
Ik wilde hem vragen waarom hij die dag tegen mij had gelogen.
Maar ik was nog niet eens klaar met zijn naam te roepen toen Nicholas me uit het niets onderbrak. Verbijsterd draaide ik me om, alleen om hem in de regen te zien staan, zijn hele lichaam doorweekt.