Hoofdstuk 16
Het telefoongesprek duurde maar een minuut of twee.
Nicholas ging even weg, maar toen hij terugkwam leek hij bezorgd en keek hij mij hulpeloos aan.
Ik vroeg zachtjes: "Wat is er gebeurd?"
Het telefoongesprek duurde maar een minuut of twee.
Nicholas ging even weg, maar toen hij terugkwam leek hij bezorgd en keek hij mij hulpeloos aan.
Ik vroeg zachtjes: "Wat is er gebeurd?"