Hoofdstuk 129
Woede, een woede die ik nog nooit eerder heb gevoeld, brandt door mij heen en scheurt door elk deeltje van mijn lichaam.
Hij heeft Jai vermoord!
Hij lacht sarcastisch terwijl hij met zijn vingers door zijn haar gaat, alsof het hem niets kan schelen wat hij heeft gedaan, en hij er ook geen spijt van heeft.