Hoofdstuk 6
Ik draaide me om in bed met een slaperige kreun. Ik had de meest fantastische droom die meerdere slecht geklede mannen betrof, waarvan er één misschien wel of niet op Alpha Asher leek. De details interesseerden me niet.
Mijn ogen gingen open en een slaperige geeuw vulde de lucht. Dat was de beste nachtrust die ik in lange tijd had gehad.
De gebeurtenissen van gisteren moesten me nog inhalen toen ik rechtop in bed zat en me uitrekte. Net toen ik op het punt stond om op te staan, schoten mijn ogen naar een figuur in de hoek van mijn kamer. "Wat de hel!" snakte ik naar adem, kijkend naar het woedende gezicht van Alpha Asher.