Hoofdstuk 180
“ Kom op,” zegt een cadet die ik niet herken, wijzend naar links richting de bergkam die ik volgde. “Deze kant op – wij volgen tot aan de brug.
Ik knik lichtjes, mijn eigen plan wordt door het zijne bevestigd.
“ Een fucking brug?” zegt een ander, terwijl hij zijn hoofd schudt, zelfs terwijl hij zich in die richting omdraait. “Het moet een val zijn als iedereen naar de brug toegaat…”