Hoofdstuk 91
“ Ieder van jullie,” zegt Alves zachtjes, terwijl hij naar de boekentas op de rand van het bureau loopt en de zwarte bol eruit haalt, “heeft een affiniteit met magie getoond. Ik zal hier de komende maanden en jaren zijn om te zien of jullie specifieke vaardigheden aangescherpt kunnen worden voor het slagveld of anderszins in dienst van de natie.”
Mijn wenkbrauwen reiken bijna tot aan mijn haarlijn.
Ik bedoel, onze moeders vertelden ons drieën toen we zestien werden dat de Godin ons allemaal een bepaald magisch geschenk heeft gegeven. Maar dat is een GROOT familiegeheim en niemand van ons heeft er ook maar een woord over verteld.