Hoofdstuk 179
Nicolaas
Ik kon niet stoppen met denken aan het kussen van Piper.
Zelfs nadat ik naar mijn kamers was gevlucht, drukte ik mijn voorhoofd tegen het koele hout en voelde ik mezelf branden zodra ik de deur die ons scheidde, dichtdeed.
Nicolaas
Ik kon niet stoppen met denken aan het kussen van Piper.
Zelfs nadat ik naar mijn kamers was gevlucht, drukte ik mijn voorhoofd tegen het koele hout en voelde ik mezelf branden zodra ik de deur die ons scheidde, dichtdeed.