Hoofdstuk 129
Ik voelde de warmte van haar hand nog lang nadat ze hem had weggehaald.
Ik volgde mijn vader weg van de eetkamer naar zijn kamers. Hij keek niet één keer naar me om, en sprak ook niet met me totdat we achter gesloten deuren waren.
Maar toen de deur achter ons dichtviel, draaide hij zich om en keek mij boos aan.