Hoofdstuk 26 De vijandigheid
"Chris, w-wat doe je?" vroeg Hazel, terwijl haar pupillen verwijdden van schrik.
Chris greep Hazel's pols vast, waardoor de hele situatie in een wervelwind terechtkwam. Verward vervolgde Hazel: "Was je niet van plan om deze onruststoker naar onze voordeur te slepen en haar te laten kruipen? Waarom weerhield je me ervan haar de waarheid te zeggen?"
"Omdat ze niets verkeerds heeft gedaan."