Hoofdstuk 12
"Degenen die bij het complot betrokken waren, werden allemaal door mijn vader ter dood gebracht, ik was toen nog erg jong. Een aantal, zoals Lucas, konden niet direct aan de staatsgreep worden gelinkt. Mijn vader was echter zo boos. Als vergelding verdreef hij velen die alleen familie waren van de betrokkenen. De meesten stierven snel of werden opgenomen door andere roedels. Lucas had minder geluk en heeft de laatste honderdvijftig jaar als een outcast geleefd."
"Lucas had er toen veel die voor hem spraken, zelfs met de angst om verstoten te worden. Ze wisten dat de roedel zijn leven was en dat hij de familie nooit in gevaar zou brengen. Vader was gewoon te boos om naar iemand te luisteren."
"Ik heb de macht om hem nu te vergeven, als een manier om hem te belonen voor zijn zorg voor jou. Je hebt me gevraagd hem geen pijn te doen en dat zal ik ook niet doen. Het kan tijd kosten om te genezen als hij dat ooit doet."