Hoofdstuk 261 261
Sophia's ogen werden wijd toen ze een stap achteruit deed. Ze kon Victor niet zomaar geloven. Bryan kon dat niet. Ze haatte hem, maar dat betekende niet dat ze hem niet kende.
In werkelijkheid kende ze hem vrij goed. Hij rende achter macht aan, maar hij kon niet iemands partner doden. Hij verlangde naar macht, maar hij was in haar ogen niet de persoon die zo diep kon afdalen dat hij de wereld rondzwierf en de partners van de andere alpha's doodde om hun roedels te bemachtigen.
"J-je liegt," mompelde ze.
Ze zag het woeste gezicht van Victor, die haar aanstaarde alsof hij elk moment haar hoofd eruit kon rukken.
Ze bleef echter onberoerd door zijn blik en zei: