Hoofdstuk 20
Rubens perspectief
“ Alfa, fijn dat je terug bent!” Een van de bewakende roedelleden bij de poort heet me welkom terug op mijn terrein, maar ik kan niet eens een klein glimlachje opbrengen. Ik denk dat ik hem eigenlijk alleen maar een grom heb gegeven toen ik mijn aankomst heroverwoog toen ik bij het alfahuis aankwam.
Ik voelde me somber, een mengeling van woede en wrok jegens Evelyn omdat ze me had laten geloven dat ze al vier jaar dood was.