Hoofdstuk 27
Ik dacht dat je het nooit zou vragen.' De stem snauwde. 'Je kunt me Thalia noemen.'
'De stem in mijn hoofd heeft een naam.' Ik knikte. 'Dit is geweldig.'
‘Kijk er maar eens zo naar, we worden beter.’ De stem klonk opgewekt.
Ik dacht dat je het nooit zou vragen.' De stem snauwde. 'Je kunt me Thalia noemen.'
'De stem in mijn hoofd heeft een naam.' Ik knikte. 'Dit is geweldig.'
‘Kijk er maar eens zo naar, we worden beter.’ De stem klonk opgewekt.