Hoofdstuk 25
Zijn stralende ogen staarden me recht aan en ik moest de neiging onderdrukken om achterom te kijken om te zien of er iemand anders stond. Maar nee, ik kon de aanraking van zijn hand tegen mijn wang voelen, zelfs de warmte die van zijn huid afstraalde. Dit was echt, hij kon me zien.
"Aria...", zei hij zwakjes.
"Ik ben hier", antwoordde ik.