Hoofdstuk 6 Een wonderbaarlijk lichaam (Deel twee)
'Ik voel me zo onoverwinnelijk,' dacht Zen terwijl de warmte hem omhulde als een zachte lentebries. Zijn hele lichaam voelde zich op zijn gemak en zijn ogen straalden van opwinding. Sterker nog, hoe meer stoten hij kreeg, hoe feller zijn ogen straalden.
"Loop naar de hel!"
"Boom!"
"Ik sla je dood!"
"Knal!"