Hoofdstuk 38 Ik heb een heel eenvoudig idee. (Deel één)
Terwijl Zen langs de stenen plaat liep, veranderde de kleur van zijn jade hanger langzaam van groen naar bloedrood.
Er verscheen een brede grijns op zijn gezicht toen Zen zich omdraaide en met zijn jade hanger naar de vier mannen achter hem zwaaide.
De vier mannen die Zen volgden, werden woedend toen ze zijn overwinnende glimlach zagen.
Vóór de start van het eerste examen kregen ze van iemand de opdracht om een jongen te behandelen op het niveau van orgaanverfijning.
Omdat de mannen machtiger waren, hadden ze de missie belachelijk gemaakt. Ze vonden dat het te min voor hen was om met iemand van zo'n laag niveau om te gaan.