Hoofdstuk 29 Het lot van de afperser
Lin Mengya draaide zich om en liep met de tiener en Ruyue mee, gevolgd door vier bewakers. De drie mannen met kwade gedachten liepen mee.
De menigte toeschouwers verdween pas toen de groep mensen het theehuis binnenstapte.
"Kleine dame, ik vraag me af hoe je met ons wilde praten nadat je ons had gevraagd deze kamer binnen te komen?" Toen een van de hooligans de knappe dame met haar wellustige glimlach zag, zei hij op een obscene toon.