Hoofdstuk 245 Klimop
De toegangspoort tot Spencer Manor ging langzaam krakend open en een stoet van vier auto's rolde naar binnen, tot stilstand. Evita stapte uit een van de auto's, haar uitdrukking ernstig, en liep regelrecht naar de achtertuin.
De Spencers, een oude afstamming met diepe wortels in Hunga, waren de trotse eigenaren van dit landhuis. Het was slechts drie jaar eerder gebouwd, en behoorde toe aan de oudste zoon en zijn familie, maar Ivy was de enige bewoner.
Het landhuis zelf was een bewijs van weelde en grandeur, omringd door een weelderige tuin vol met een scala aan levendige bloemen. Evita stak haastig de tuin over, op weg naar het meer.