Hoofdstuk 58
WONDER-POV
Er is een gevoel dat me ineens irriteert. Ik wil iets doen - wat dan ook. Maar wat? Ik weet het niet. Ik denk dat Cain het wel weet.
"Weet je wat er met mij gebeurt, Kaïn?" fluister ik tegen zijn borst, mijn stem klinkt gedempt.