Hoofdstuk 701 Ik mis je
Avery droomde de hele nacht.
In hun droom lagen Avery en Cayden op een uitgestrekte weide, onder bloeiende wilgenbomen, genietend van de zachte warmte van het zonlicht.
Ze nestelde zich in zijn armen, streelde zijn knappe gezicht, koesterde zich in de vreugde van een verloren en hervonden liefde. Ze sloeg en sloeg hem zelfs speels.