Hoofdstuk 393
Avery drukte haar gezicht tegen zijn gespierde lichaam en verzachtte haar toon terwijl ze zich bleef verontschuldigen: "Cayden, het spijt me, het spijt me. Ik wilde alleen meneer Xenakis redden. Het kwam niet bij me op dat er zoiets gevaarlijks zou gebeuren. Ik beloof dat ik niet meer zo onvoorzichtig zal zijn. Blijf alsjeblieft niet boos op me."
" Wie denk je wel dat je bent? Je bent geen superheld en je kunt jezelf amper beschermen. Hoe kun je alles riskeren om iemand te redden? Ben je een idioot? Weet je niet hoe gevaarlijk de situatie was? Weet je wel hoe bang ik was toen ik je zag vallen?" Cayden draaide zich om en keek haar aan met zijn bloeddoorlopen ogen.
Alleen hij wist hoeveel pijn zijn hart deed toen hij haar zag vallen. Haat, spijt en grenzeloze angst vulden zijn hart bij die aanblik.