Hoofdstuk 45 Cupcake
Toen Amy klaar was met haar werk, nam ze in plaats van een taxi rechtstreeks naar huis, deze naar de villa van de Owens. Daar was het landhuis van haar vader. Zodra de auto was gevallen, liep ze moedig naar binnen. Ze had zich voorgenomen hier nooit meer te komen, maar dat zou pas zijn nadat ze alles wat van haar moeder was, van hier had meegenomen.
Ze wist dat haar vader haar nu haatte, wat verdrietig was, maar ze moest ermee leren leven. Haar zes kinderen zijn genoeg om haar gelukkig te maken. Ze liep naar de deur en drukte op de deurbel, toen de deur openging en ze Edith, haar stiefmoeder, zag, begroette ze haar nonchalant en liep naar binnen.
"Waar dacht je heen te gaan?" vroeg Edith en liep toen snel achter haar aan. Carlton Owen, haar vader was er in die periode niet.
"Naar de kamer van mijn moeder," zei ze zonder de moeite te nemen om zich om te draaien, zodra ze bij de kamer van haar moeder was, zag ze dat de kamer niet eens op slot was, hij stond een klein beetje open. Ze duwde hem toch open en was verrast om een bijna lege kamer te zien. Ze ging naar de kledingkast van haar moeder waar al haar sieraden werden bewaard, maar ze kon er geen vinden.
Pijn doorboorde haar hart en toen draaide ze zich om naar Edith die bij de deur stond: "Waar zijn de sieraden van mijn moeder?"