Hoofdstuk 41
Bernardo
Ik droeg Harlyn naar de suite die voor ons was gereserveerd. We konden vandaag niet terug naar het paleis omdat ik nog veel te doen had. Harlyn had al veel voor de roedel gedaan en ze was nog niet eens koningin. Ik zag haar eerder elke man in die kamer genezen en was verbaasd hoe iemand zo belangrijk met mij gepaard was.
Ik realiseerde me hoe gelukkig ik was toen elke man die genezen was, lachend naar me toe kwam. De roedelleden die waren aangevallen, waren er zo zeker van dat ze zouden sterven als hun helende kracht niet zou werken en de dokters konden ook niets voor ze doen. Harlyn hoefde alleen maar een hand op ze te leggen en ze waren klaar om te gaan.