Hoofdstuk 16
Bernardo
"Je bent nog steeds beledigend en dat vind ik niet leuk. Ik kende haar vader al voordat hij stierf. Hij was een gerespecteerd man in dit koninkrijk en hij stierf terwijl hij de roedel beschermde. De dochter van een Zeta zou niet moeten doormaken wat jij dat meisje hebt aangedaan, alleen maar omdat ze geen wolf heeft."
Damien en ik zijn al eeuwen beste vrienden, maar dit was de eerste keer dat hij er zo boos uitzag toen hij tegen me praatte. Ik had degene moeten zijn die boos was omdat iemand mijn maatje probeerde te beledigen, maar ik was degene die de belediging deed. Ik voelde me een dwaas. Ik ben een dwaas. Alleen een dwaas zou zijn ware maatje uit zijn roedel laten sturen.
"Ik ben een dwaas,"
Ik heb het gezegd.