Hoofdstuk 46
Zodra ze in de auto stapte, verlichtte de koele lucht de zomerhitte enigszins.
De man in de auto leunde met zijn ogen dicht tegen de achterbank. Hij had een vrij breed voorhoofd en een rechte neus; hoewel zijn diepe, smalle ogen dicht waren, verborg het zijn knappe gelaatstrekken niet. Zijn lichaamsbouw en gelaatstrekken lieten hem eruitzien als een buitenlander, wat bij elke beweging van hem een aura van elegantie uitstraalde.
Toen Tony Myra's woorden hoorde, opende hij zijn ogen en knikte zachtjes, zonder haar ook maar een blik te gunnen.
Maar plotseling draaide hij zich om en keek haar aan. "Hoe is dit gebeurd?" Hij strekte zijn lange, slanke handen uit en raakte haar kin aan, die nu rode, angstaanjagende vingerafdrukken vertoonde.
Tony fronste lichtjes en zijn blik werd steeds kouder.