Hoofdstuk 484
Damien
"Dat mag je niet tegen mij zeggen!" schreeuwt Eris weer tegen me. Ik was haar gedrag al zat. Ze gaf me niet eens de kans om het uit te leggen. Het was duidelijk dat ze om niemand anders gaf dan om zichzelf. "Wat wil je van me?" eis ik
Haar ogen worden wijd en ze lijkt verrast door mijn vraag. "We zijn maten, je zou je er tenminste naar kunnen gedragen." snauwt ze