Hoofdstuk 426
"Hij wil mij terug."
"Je broer is een lul," mompel ik.
Ze schudt haar hoofd. "Nee, je hebt het mis. Hij beschermt me. Hij heeft me altijd beschermd."
"Hij wil mij terug."
"Je broer is een lul," mompel ik.
Ze schudt haar hoofd. "Nee, je hebt het mis. Hij beschermt me. Hij heeft me altijd beschermd."