Hoofdstuk 484
Het was laat in de avond toen Amanda thuiskwam. Alvin en Elliot waren echter nog wakker. Ze openden voorzichtig hun slaapkamerdeur en staken hun hoofden naar buiten toen ze haar de trap op hoorden komen.
Amanda voelde zich bezwaard toen ze, toen ze de jongens zag, aan de kinderen in het weeshuis moest denken.
Toen ze haar gezichtsuitdrukking zagen, renden de jongens naar haar toe en vroegen bezorgd: "Mama, wat is er? Is er vandaag iets gebeurd op het medisch consult?"
Amanda dwong zichzelf tot een glimlach en leidde hen terug naar de kamer.
De jongens flankeerden Amanda en staarden haar ernstig aan. “Mama, hoe gaat het met de kinderen in het weeshuis?”