Hoofdstuk 396
"We werden in de herfst aangevallen, het was de trouwdag van mijn ouders en we vierden het elk jaar als roedel. Het was een hele week vol feesten, spelletjes en dansen. Op zaterdag, de laatste dag van het feest, bezegelden mijn ouders hun bloedband opnieuw voor de hele roedel. Het was prachtig en bijzonder.
Maar op de avond van de aanval moet iemand heel bekend zijn geweest met onze rituelen, want tijdens de speech dn toast die mijn vader hield, dronken we allemaal glazen mede en de kinderen allemaal sap, niemand zat zonder een drankje. Hij beëindigde zijn speech, we toostten allemaal en dronken, daarna voerden mijn ouders allebei het bloedritueel uit door hun handpalmen in stukken te snijden en ze tegen elkaar te klemmen, waardoor een paar druppels van het gecombineerde bloed op de aarde vielen terwijl ze een bezwering uitspraken.
We konden de band van de roedel voelen rimpelen zodra het de grond raakte en zodra de rimpel begon, begonnen schurkenwolven van alle kanten op ons af te rennen. Er was iets mis, het was onmogelijk dat al die wolven onopgemerkt zouden zijn gebleven, maar we konden ze niet ruiken. We gingen allemaal in aanvalsformaties, mijn ouders, ikzelf, al onze krijgers.