Hoofdstuk 11 De vierde vrouw van de Alfa
"Jij", zijn stem was diep en hees; zijn diepblauwe ogen staarden in de hare.
"JIJ en je familie waren ongehoorzaam aan mij".
Shilah's familie draaide zich om en vroeg zich af wat er aan de hand was.
De arme Shilah was doorweekt van angst, ze had plotseling haar tong verloren. Als dit een nachtmerrie was, wilde ze er echt aan ontsnappen.
Ondanks het koude weer druppelde het zweet van haar voorhoofd.