Hoofdstuk 45
Nadat hij gewond was geraakt, fronste Zong Jinghao niet eens. Hij legde zijn gewonde hand achter zijn rug, met een onverschillige uitdrukking op zijn gezicht, maar het leek alsof hij niet zo kalm was als hij eruit zag.
Hij richtte zijn ogen op Shen Xiuqing die vloekte, de kou rond de hoeken van zijn mond werd steeds intenser. "Wat doe je daar, starend naar niets?"
Toen de bewakers de bevelen kregen, hielden ze Shen Xiuqing vast om haar weg te slepen.
Ze zag eruit als een gek, rolde schreeuwend over de grond en beet de bewakers.
“ Zong Jinghao, je hebt mijn dochter misbruikt en toch weiger je de verantwoordelijkheid te nemen. Je gaat naar de hel. Denk je dat je alles kunt doen wat je wilt omdat je rijk bent? Denk je dat je er geen verantwoordelijkheid voor hoeft te dragen omdat je rijk bent? Moeten mensen zonder geld en macht zoals wij door jou gepest worden?!”