Hoofdstuk 26
WONDER-POV
Ik droom. Ik weet het, maar dit voelt te echt.
Ik zie zijn herinneringen weer. Ik vraag me af hoe dit in de eerste plaats gebeurt, maar ik heb hier geen antwoord op.
WONDER-POV
Ik droom. Ik weet het, maar dit voelt te echt.
Ik zie zijn herinneringen weer. Ik vraag me af hoe dit in de eerste plaats gebeurt, maar ik heb hier geen antwoord op.