Hoofdstuk 20
Een vreemd gevoel steeg op in Alexanders hart toen hij zag hoe Sophia langzaam op hem afkwam. Eerst dacht hij dat ze hem iets ging aandoen. Tot zijn verbazing bleef ze staan toen ze nog maar een paar stappen van hem verwijderd was.
Ze richtte haar ogen alleen maar op hem, zonder iets te zeggen. Toen Alexander iemand van buitenaf het restaurant zag binnenkomen, fronste hij en deed een stap achteruit. "Je kunt mij niet verleiden. Ik was nooit geïnteresseerd in je."
Sophia deed ook een stap achteruit en keek hem grijnzend aan. "Ik denk dat ik gelijk had toen ik zei dat je in een droom leeft. Wist je wat ik net deed?" Alexander wist dat haar volgende zin onaangenaam zou zijn, maar hij vroeg toch uit nieuwsgierigheid: "Wat?"