Hoofdstuk 90
Bernardo
Ik keek Harlyn en haar broer een tijdje aan voordat ik naar ze toe ging. Ik deed eerder tegen haar als een eikel en sindsdien heeft ze me uit haar gedachten gesloten. Ik kon niet zeggen of ze deed alsof ze aardig was of dat ze me al had vergeven dat ik me als een eikel gedroeg toen ze zich zorgen maakte of Hilan.
Ik zou moeten wennen aan het feit dat Hilan altijd een groot deel van haar leven zal zijn. Ik liet dat gebeuren toen ik haar wegstuurde. Bovendien accepteerde ze me terug, terwijl ze me had kunnen zeggen dat ik de tering kon krijgen. Het was mijn wolf. Die klootzak was jaloers dat zelfs haar broer haar aanraakte.