Hoofdstuk 233
Harlyn
"Uwe majesteit,"
Hij belde toen we bij hem waren. Ik weet niet of hij tegen Bernardo of tegen mij sprak. Ik knipperde mijn tranen weg en keek hem boos aan. Hij zag dat ik naar hem keek en stapte opzij. Bernardo deed de autodeur open en hielp me instappen.