Hoofdstuk 12 12
"Welkom terug, schat."
Ik rukte mijn hand uit zijn greep. "Bel me niet, schat."
Hij lachte me uit. "Je kunt me alleen maar zo aankijken. Anders ben je gewoon een bange kat voor die minnaar van je."
Ik keek van hem weg. Mijn humeur werd verwoest door deze jongen. Leuk.
"Ik ben verrast dat je nog leeft."