تنزيل التطبيق

Apple Store Google Pay

Capitoli

  1. Hoofdstuk 26 Zesentwintig
  2. Hoofdstuk 26 Zesentwintig
  3. Hoofdstuk 27 Zevenentwintig
  4. Hoofdstuk 27 Zevenentwintig
  5. Hoofdstuk 28 Achtentwintig
  6. Hoofdstuk 28 Achtentwintig
  7. Hoofdstuk 29 Negenentwintig
  8. Hoofdstuk 29 Negenentwintig
  9. Hoofdstuk 30 Dertig
  10. Hoofdstuk 30 Dertig
  11. Hoofdstuk 31 Eenendertig
  12. Hoofdstuk 31 Eenendertig
  13. Hoofdstuk 32 Tweeëndertig
  14. Hoofdstuk 32 Tweeëndertig
  15. Hoofdstuk 33 Drieëndertig
  16. Hoofdstuk 33 Drieëndertig
  17. Hoofdstuk 34 Vierendertig
  18. Hoofdstuk 34 Vierendertig
  19. Hoofdstuk 35 Vijfendertig
  20. Hoofdstuk 35 Vijfendertig
  21. Hoofdstuk 36 Zesendertig
  22. Hoofdstuk 36 Zesendertig
  23. Hoofdstuk 37 Zevenendertig
  24. Hoofdstuk 37 Zevenendertig
  25. Hoofdstuk 38 Achtendertig
  26. Hoofdstuk 38 Achtendertig
  27. Hoofdstuk 39 Negenendertig
  28. Hoofdstuk 39 Negenendertig
  29. Hoofdstuk 40 Veertig
  30. Hoofdstuk 40 Veertig
  31. Hoofdstuk 41 Eenenveertig
  32. Hoofdstuk 41 Eenenveertig
  33. Hoofdstuk 42 Tweeënveertig
  34. Hoofdstuk 42 Tweeënveertig
  35. Hoofdstuk 43 Drieënveertig
  36. Hoofdstuk 43 Drieënveertig
  37. Hoofdstuk 44 Vierenveertig
  38. Hoofdstuk 44 Vierenveertig
  39. Hoofdstuk 45 Vijfenveertig
  40. Hoofdstuk 45 Vijfenveertig
  41. Hoofdstuk 46 Zesenveertig
  42. Hoofdstuk 46 Zesenveertig
  43. Hoofdstuk 47 Zevenenveertig
  44. Hoofdstuk 47 Zevenenveertig
  45. Hoofdstuk 48 Achtenveertig
  46. Hoofdstuk 48 Achtenveertig
  47. Hoofdstuk 49 Negenenveertig
  48. Hoofdstuk 49 Negenenveertig
  49. Hoofdstuk 50 Vijftig
  50. Hoofdstuk 50 Vijftig

Hoofdstuk 45 Vijfenveertig

Het was een korte rit naar de afdeling. Toen ze alle drie het gebouw binnenkwamen, waren de receptionisten, alle drie, duidelijk in shock. Ze verwachtten niet dat er die dag iemand anders dan het bedrijfspersoneel het kantoorgebouw zou betreden, laat staan de koning en de hertog.

Toen ze zichzelf bijeenraapten, bogen ze en zeiden: "Uwe Hoogheid. Uwe Genade." De Koning en de Hertog bogen terug, wat een tweede golf van schok onder hen veroorzaakte, zodat hun hoofden gedeeltelijk werden opgetild met hun monden open bij het schouwspel en hun knieën nog steeds gebogen waren, zelfs nadat de neven waren opgestaan.

Xandar glimlachte toen: "Sta alstublieft op als wij opstaan, mijn volk, want wij doorstaan samen alle voorspoed en tegenspoed, zoals onze koningin mij heeft geleerd." Met zijn arm om Luciannes middel keek hij haar aan zijn zijde aan met overvloedige liefde en genegenheid.

Lucianne glimlachte naar de receptionisten en boog voordat ze weer opstond. "Het is een genoegen om kennis met u te maken." Hun monden waren nog steeds opengesperd totdat Lucianne bemoedigend zei: "Het is goed. Het is geen truc. U mag staan als wij dat doen."

Het leek erop dat ze eindelijk bij zinnen waren gekomen en de drie stonden op, maar hun monden sloten zich pas na verloop van tijd. Een van hen, met het naambordje met 'Edward' erop, stamelde: "W-Nou, eh... waaraan danken we het genoegen, Uwe Hoogheden en Uwe Genade?"

تم النسخ بنجاح!