Hoofdstuk 17
Leila hapt geschokt naar adem, grijpt naar haar borstkas van de pijn die door haar heen scheurt. Haar hoofd draait, het voelt alsof het op het punt staat om open te splijten. De marteling is emotioneel, mentaal en fysiek.
Hij keerde zich van haar af, hij koos niet haar kant, hij koos haar opnieuw niet, maar ze wil het hem horen zeggen, ze wil de woorden uit zijn mond horen, ze wil hem horen zeggen: 'Ik geloof dat je een monster bent, een wraakzuchtige vrouw die mijn ware partner pijn heeft gedaan uit bittere jaloezie.'
"Alpha," snikt ze stilletjes, haar ogen vol pijn, elke lettergreep beladen met kwelling. "Ik weet dat ik niet boven de wet sta, maar geloof jij dat ik die heb overtreden?"