Hoofdstuk 783
Zijn hele lichaam straalde een aura uit die alleen bij iemand met een militaire achtergrond kon horen. Op zijn knappe en goed gedefinieerde gelaatstrekken zat een paar ogen die op sterren leken. Zijn blik was vastberaden en had een sterke kracht die door alles heen kon kijken
“ Deze kant op alstublieft, meneer Lloyd. De logeerkamer is hier.” De hofmeester kwam naar voren en begroette hem beleefd.
" Waar is je jonge meester? Ik wil hem zien."