Hoofdstuk 578 Een schuldige Fiona
"Fiona, wat denk je? Luister je wel?" Irving was verdiept in zijn telefoon en typte woedend, maar zijn ogen schoten af en toe naar Fiona, nieuwsgierigheid vermengd met argwaan.
"Je gedraagt je vreemd sinds je terug bent uit het ziekenhuis," zei hij uiteindelijk, zijn stem doorspekt met nieuwsgierigheid. "Is er iets gebeurd?"
Fiona, nog steeds verzonken in haar gedachten, schrok van Irvings woorden en deinsde instinctief terug, als een kat die plotseling schrikt.