Hoofdstuk 398
Er heerste een doodse stilte in de auto. Je kon voelen dat de sfeer totaal anders was dan toen Edmund er eerder was, wat een gevoel van een naderende storm gaf.
Amanda zat rechtop, haar blik recht vooruit gericht. Ze deed haar best om de man naast haar te negeren.
Ze wist niet zeker of ze zich dingen inbeeldde, maar zijn doordringende blik leek haar te hebben aangekeken sinds Edmund uit de auto stapte. Ze werd er onbewust gespannen van.
Opeens klonk de stem van Miles naast haar.
“ Heb ik u op enigerlei wijze beledigd, mevrouw Dickerson?”