Hoofdstuk 87
Woedend vroeg ze: "Wie denk je dat ik ben?"
"Je zei net dat je me niets verschuldigd was omdat je met me naar bed was geweest. Vertel eens, hoe moet ik over je denken?" antwoordde Emmett alsof hij geamuseerd was.
Op dit punt had hij zijn geduld verloren. Hij liep direct naar haar toe en tilde haar kin op. "Je bent niet dom. Je bent naar mij toe gekomen, wetende dat je niet van me weg kunt rennen. Nou, ik geef je twee dagen. Of je neemt het kind mee en gaat met me mee naar huis, of ik geef mijn mannen de opdracht om jullie met geweld terug te nemen. Jij mag kiezen!"